Het was niet eens 1 april en het was ook geen grap, want het was helemaal niet leuk. Maar, zijn 1 aprilgrappen dat wel dan?
Gevangen tussen de grap en de clou zoek ik naar een oplossing, maar raak steeds verder verstrikt in mijn onvermogen me aan te passen aan de massa. Geneigd altijd maar de underdog te verdedigen, blijf ik zelf marginaal. Met kop en schouders steek ik niets op van elke keer dat mijn gezicht boven het maaiveld verschijnt. Ik incasseer en word ervaringen rijker en niet alleen illusies armer.
Zou ik welgesteld zijn, dan zou ik waarschijnlijk de massa volgen. Misschien zelfs leiden! Maar ben ik daarom niet het tegenovergestelde?
Zeg tegen me; nee roep alsjeblieft: “1 april!”