Wanhoop

Ik vind van alles, maar geen energie om het te delen. En dus heb ik mijn depressiedagboek de afgelopen maanden ernstig verwaarloosd. De oorzaak: ik mis een sparing partner. Sinds het stoppen van mijn psychiater, stop ik mijn gedachten weg. Vooral om niet te hoeven voelen.

Ergens is het een logisch proces om ellende en nieuws te negeren. Immers, dit dagboek heet niet voor niets Laat Ze Maar Praten. Alsof door niet te luisteren  en te spreken de problemen weg zijn. Ik kijk dus maar één journaal per dag, lees geen kranten en op de radio hoor ik alleen de bulletins.

Privé gaat het al niet veel beter. Ik loop weg en duik onder de dekens. Ik heb géén oplossingen en wil me dus ook niet bekommeren over de problemen. Mijn onmacht deel ik niet en dus kropt het op. Het lastige hiervan is dat met het wegstoppen de woede toeneemt. Mijn lontje is momenteel erg kort. Is trouwens wel lekker goedkoop rond de jaarwisseling. Ik heb geen vuurwerk nodig, ik ben van mezelf al explosief.

De toenemende boosheid is niet alleen mijn eigen schuld. Al vind ik het wel vervelend om met mijn vinger te gaan wijzen. Iets was ik nog wel kan, want in die zin zijn mijn explosies een stuk veiliger dan dat van vuurwerk. Al kan het ook forse schade aanrichten.

Ik heb gezocht naar een plek om met mijn gedachten terecht te kunnen. Maar ik kan geen vervangende psychiater vinden, bij de huisartsassistente voelde ik te weinig aansluiting en het autismecafé biedt te weinig diepgang. En aan een vertrouwde buur of begripvolle vriend ontbreekt het mij ook.

En toch heb ik hulp nodig. Nu sta ik stil. Ik zie jaloers hoe mijn omgeving carrière maakt, de kinderen opvoedt en toekomst plannen maakt. De socials showen me hoe anderen bouwen aan hun toekomst, terwijl ik zelf gevangen zit in het heden. Het beste is geweest en hoewel ik niet meer terugverlang, voel ik wel hoe mijn mogelijkheden teruglopen. Alles wordt duurder, maar mijn inkomen groeit niet meer mee. En het ontbreekt mij aan status en aanzien om over op te geven bij de spaarzame sociale bijeenkomsten, die ik heb.

Ik heb iemand nodig, die mijn perspectief op mijn leven kan ombuigen, zodat ik wel tevreden ben. Anders kun je me evengoed begraven. Of cremeren en met een vuurpijl de lucht in schieten.

Ik wil zien dat vuurwerk niet alleen kan ontploffen, maar ook sierlijke bollen, bloemen, strepen en sterren kan voortbrengen. Ik wil gelukkig zijn dat ik niet hoef mee te rennen in de ratrace. Ik wil genoegen nemen met mijn blik op de wereld via reisfoto’s op instagram en het opstartscherm van mijn computer. Ik wil het voordeel zien dat bij het gebrek aan geestelijke hulp het eigenrisico van mijn ziektekostenverzekering gespaard wordt.

En bovenal wil ik kunnen genieten dat ik niet hoef te lijden onder stress, lange werkdagen en gebrek aan ontspanning, zodat ik oprecht kan denken als mensen weer hoog opgeven over hun geweldige baan: (laat ze maar praten).

De Dijk – WANHOOP NIET