Met onoprechte deelneming

Ik vind de uitspraak: “Met oprechte deelneming” bijzonder. Natuurlijk ik heb ook wel eens een kaart met deze woorden gestuurd en zal het vast gezegd hebben bij een overlijden. Alleen vraag ik me nu af waarom? En die vraag heeft alles te maken met het woord: oprecht!

Hoor mijn bedoeling!

De Van Dale vertaalt ‘oprecht’ met ‘eerlijk’. Fijn, want zo had ik zelf het woord ook geïnterpreteerd. Ik zou dus vreemd hebben opgekeken als mijn woordenboek met een andere verklaring was gekomen, maar dan heb je het wellicht meer over oprichten.

En ik wil me nu juist richten op de betekenis van oprecht, ofwel eerlijk.

Als een kind stout is geweest en geen straf wil dan zegt het tegen zijn vader – of moeder; ik weet niet wie dit leest: “Dat heb ik niet gedaan, echt waar niet.” Als ouder voel je dan haarfijn aan dat het kind dus wel schuldig is. Dat heeft alles te maken met het extra benadrukken van de onschuld.

Als we spreken over:  ‘oprechte deelneming’, doen we dan eigenlijk niet hetzelfde? Zou: ‘mijn deelneming’ niet moeten volstaan? Deelneming betekent immers niets anders dan:  ‘het medegevoelen met.’

Waar komt het vandaan dat we bij ons medeleven nog eens extra moeten benadrukken dat we het menen; dat onze gevoelens oprecht zijn?

En even voor de duidelijkheid: dit is dus een retorische vraag, want ik verwacht van jou geen antwoord. Of nog iets oprechter: ik wil van jou helemaal geen antwoord, want dat ga ik nu zelf geven!

Meestal zijn we namelijk niet eerlijk. We menen helemaal niet wat we zeggen. We vinden dat we iets moeten zeggen: of omdat dat zo hoort of omdat we van de ander iets gedaan willen krijgen. Nou, dat laatste is bij een dode natuurlijk niet meer mogelijk. En we weten dat we, als we nog een openstaande rekening hadden, daar de nabestaande – in al diens verdriet – niet mee kunnen belasten. Althans, niet op het moment van rouwen. Alleen maakt dat ons medeleven dan oprecht?

Ik denk dat vaak ons onoprechte medeleven meer op zijn plek is. Alleen ben maar eens zo eerlijk bij de koffietafel van je grootouders, om te zeggen:  het doet me eigenlijk niks dat opa of oma dood is, maar ik vind het wel leuk om de familie weer eens te zien.

En natuurlijk kan het nog anders in elkaar steken: het werd tijd dat opa eens ging hemelen, want mijn huis staat onder water en ik kan die erfenis eigenlijk ontzettend goed gebruiken.

Soms is het handiger om te zwijgen. Of zoals een vriend onlangs tegen mij zei: “Je moet weten wat je zegt, maar kunt beter niet zeggen wat je weet.”

Probleem is wel dat als ik alles binnenhoud mijn hart een moordkuil wordt en  voor je het weet krijgen mijn vrouw en zoontje dan de condoleances – wat trouwens ook een vreselijk woord is – en niets anders betekent dan: ‘je deelneming betuigen.’

Gezien mijn persoon kan ik me trouwens daar weinig oprechtheid bij voorstellen. Ik snap het als je tegen mijn vrouw zou zeggen: Wat een zegen dat je van hem verlost bent. Alleen doe jij dat niet, want jij weet wat je zegt. En gaat niet zeggen wat je weet. Dus zeg jij op zo’n moment: “Met oprechte deelneming.” Mijn nabestaanden zullen vanaf nu snappen wat jij eigenlijk had willen zeggen, want zou je me echt missen dan zeg je: “Mijn deelneming.”

Zwijgend een knikje geven, een hand of een knuffel volstaat ook bij het betuigen van je medeleven met de nabestaande. Ga ze alsjeblieft niet aflebberen, want met het verliezen van hun partner of ouder is er nog niet meteen ruimte in hun hart ontstaan. Ze zijn pas weer beschikbaar na de rouwperiode.

Mocht je toch echt iets willen zeggen, besef dan vooral dat voor echte oprechtheid weinig woorden volstaan.

Eén gedachte over “Met onoprechte deelneming

  1. Hoe kom je erop! Goed geschreven, Verder doe ik het zwijgen toe.

Reacties zijn gesloten.